Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want [26]de wijsheid is tot een schaduw, [en] het geld is tot een schaduw; maar de [27]uitnemendheid der wetenschap is, dat de wijsheid haar bezitters het leven geeft. 26. De zin is: De wijsheid en het tijdelijke goed dienen de mens tot een bescherming tegen het leed, dat hem mag overkomen, gelijk een schaduw de mens dient tot een schutsel voor de brandende hitte der zon. Anders: want zij zijn in de schaduw der wijsheid en in de schaduw des gelds. 27. Dat is hierin steekt de wijsheid uit, en zij is veel voortreffelijker dan geld en goed, dat zij het leven geeft; verstaande door de wijsheid de rechte wijsheid, welke is de ware kennis van God en van zijne geboden; deze geeft het leven, te weten het eeuwige leven. Doch anderen verstaan hier door het leven rust, vrede, genoegen in het hart, hetwelk is het rechte leven.